<<Terug naar de jaren '30

Moeizame oorlogsjaren

In 1940 adverteerde Mustang ook in de Kampioen van de ANWB; het bleef echter bij de uitgaven van april en mei die uitkwam op de dag nadat de Duitsers Nederland waren binnengevallen). In de loop van de oorlogsjaren werd Mustang rijwielfabriek ‘vanuit overheidswege’ geheel stil gelegd. Een deel van het personeel moest in Duitsland aan het werk. De ijsfabriek draaide echter op volle toeren. De Duitsers hadden deze gevorderd om bederfelijke etenswaren in op te kunnen slaan. Roelf de Geeter moest zorgen dat de ijsfabriek bleef draaien.

Het waren zeer moeizame jaren. De vaste lasten moesten betaald worden, maar er stonden nauwelijks inkomsten tegenover; het bedrijf leidde flink verlies. Het deed de accountant in een brief van 28 maart 1944 verzuchten: "We zullen dan ook hopen dat deze moeilijke tijd spoedig tot het verleden mag behoren en wij met volle energie een nieuw en beter tijdperk in zullen gaan." Twee personeelsleden (Harm Laferte en Henderikus Klaassens), kwamen tijdens de bezetting om.

30 jaar in dienst

Op 2 augustus 1948 – Mustang draaide inmiddels weer op volle toeren – was het weer tijd voor een feestje. Bedrijfsleider Jo Fekkes, die in 1914 als knecht in dienst was gekomen, vierde zijn 30-jarig jubileum bij Mustang. Een paar jaar na het werkelijke jubilieum dus, maar in de (na)oorlogse jaren hadden ze andere zorgen... Het voltallige personeel kwam ’s avonds bij elkaar in de fabriek, waar Jo en zijn vrouw in het zonnetje werden gezet. Zoals gebruikelijk in die tijd, kwam die dag een fotograaf voor een statieportret van de jubilaris en het overige personeel. In het midden van de voorste rij zitten Jo Fekkes en zijn vrouw Truus. Roelf de Geeter zit de 2e van links, Harm 4e van links en Tiem 4e van rechts. Klik op foto voor grotere afbeelding

Grote brand verwoest fabriek

De ochtend na het feest – de arbeiders waren om half acht normaal aan het werk gegaan – ontstond brand bij de verwarmingsketel op de bovenste verdieping. De brandweer kon niet voorkomen dat een groot deel van de fabriek binnen een paar uur volledig afbrandde. De zandstraalafdeling, de kantoren en de ijsfabriek bleven gespaard, maar liepen veel waterschade op. De Provinciale Drentsche en Asser Coutant schreef een artikel over de brand.

Een nieuw en modern bedrijf verrijst

Lang bleven Harm, Tiem en Roelf niet bij de pakken neer zitten; ze moesten verder! In korte tijd bouwden ze een nieuwe fabriek. Met de ijsfabriek stopten ze definitief - na de oorlog kochten steeds meer winkeliers zelf een koelkast en de vraag liep flink terug. De eigenaren richtten zich nu volledig op de fabrikcatie van fietsen. Voor de nieuwe en moderne fabriek schaften ze ondermeer een moffelinstallatie aan, waarmee ze per week 1000 frames konden lakken. De rijwielfabricage werd 2 keer zo groot als voor de oorlog. De dagelijkse leiding van het bedrijf laginmiddels bij Roelf.

In 1949 gingen Harm en Roelf met een aantal collega-fabrikanten met de trein naar metaaltoelevenacier ondermeer Czepelwerke in Budapest. De reis werd georganiseerd door de Nederlandse importeur. Voor zover we weten, heeft Mustang hier uiteindelijk nooit onderdelen ingekocht. Tijdens dezelfde reis bezochten ze ook een fabriek in Noord-Italië.

Zo ging het verder in de jaren '50